Range anxiety, of de angst om niet op je bestemming te komen, heerst nog altijd onder veel bestuurders. Het een van de belangrijkste redenen waarom men niet durft over te stappen op elektrisch rijden. Maar is dat wel terecht?
Mensen die twijfelen over de overstap naar elektrisch rijden, willen minstens “700” km kunnen rijden zonder te laden, blijkt uit verschillende onderzoeken. Ze vinden het bereik van de elektrische auto het belangrijkst, terwijl bijna niemand zich vragen stelt bij hoe snel de wagen kan laden.
En dat laatste is veel belangrijker dan het bereik van de wagen. Een grote batterij met dus veel bereik is meestal niet persé nodig. Vaak betaal je veel extra voor batterijcapaciteit die je slechts enkele keren per jaar nodig hebt. Bovendien is de milieu-impact van zo’n grote batterij uiteraard groter.
Een kleiner bereik is dan ook niet erg als je heel snel kan laden. Je laadt dan vaker, maar minder lang, waardoor je met zekerheid de nodige kilometers kan doen én het tijdverlies ten opzichte van een EV met grote batterij beperkt blijft. Zeker als die trager laadt.
Welke factoren bepalen de laadsnelheid van een EV?
De ontwikkeling van elektrische auto’s en hun batterijen gaan razendsnel, tegenwoordig zijn er al wat modellen van rond de €50.000 die aan vermogens van meer dan 200 kW kunnen laden. Dat wil zeggen dat je na 10 minuten laden zo’n 200 km kan rijden.
Deze 3 factoren helpen je om te begrijpen waarom snel kunnen laden belangrijker en interessanter is dan een groot bereik:
- Lagere kost
- Beter voor het milieu
- Zelfs op langere ritten ben je soms sneller
Kostprijs
Elektrische auto’s zijn momenteel nog duurder in aankoop dan vergelijkbare modellen op benzine of diesel. Dat komt voornamelijk door de kost van de batterij. Hou daarmee ook rekening dat hoe groter de batterij is, hoe duurder de elektrische auto is, door de zeldzame materialen die worden gebruikt.
De meesten onder ons zijn het ondertussen gewend dat een brandstofwagen met een volle tank zo’n 500 tot 1.000 km kan afleggen. Daartegenover lijkt een elektrisch bereik met 200 à 300 km actieradius peanuts. Maar hoe vaak leggen we eigenlijk ritten af die langer zijn dan dat? Met een EV waarmee je 200-300 km bereik hebt, kom je voor dagelijks gebruik al een heel eind. Immers: de gemiddelde pendelafstand in Vlaanderen is zo’n 30 km enkele reis.
Tijdens de echt lange ritten voor vakanties bijvoorbeeld, zou je dan om de 2.5 uur zo’n 15 à 20 minuten laden. De perfecte timing voor de benen te strekken, een koffie te halen, een hapje te eten of een toiletbezoek te doen. Bovendien blijf je beter geconcentreerd als je om de 2,5 uur stopt, het is met andere woorden ook veiliger.
Beter voor het milieu
In het verkeer is de elektrische auto veel milieuvriendelijker dan een brandstofwagen, maar de productie van de batterijen is dan weer vervuilender. Op het einde van rekening valt de elektrische auto nog altijd wel een pak milieuvriendelijker uit dan de brandstofwagen, al is de “terugverdientijd” afhankelijk van de grootte van je batterij. Een EV wordt dus nog ecologischer, als die niet nodeloos is uitgerust met grote batterijen. Hoe groter de batterij, hoe zwaarder de auto en dus hoe hoger het verbruik.
Zelfs op langere ritten ben je sneller
Een EV met een bereik van 400 km blijkt nog steeds aantrekkelijker te zijn dan eentje met een bereik van 300 km, maar dat wil niet zeggen dat je eerder op je eindbestemming geraakt. Als de EV met het kleinere bereik sneller kan laden dan die met het grote bereik, kan het immers zijn dat de kleine batterij toch eerst op de bestemming geraakt. Die zal over de hele rit gezien immers vaker moeten bijladen, maar wel sneller laden en dus minder lang stilstaan.